Achtergronden
De schrijvende hand
Het wapen dat Petrus Houtepen, pastoor te Princenhage, voerde bestaat uit een hand die een pen vasthoudt, een schrijvende hand. De verklaring voor het voeren van dit wapen is naar mijn mening dat het de familienaam symboliseert: Houdt de pen. Een dergelijk wapen wordt dan ook een sprekend wapen genoemd.
Het kan zijn dat Petrus op het idee is gebracht om dit wapen te gaan voeren, doordat hij deze afbeelding is tegengekomen in zijn directe omgeving. De schrijvende hand ben ik tegengekomen op gevelstenen, als merkteken op Goudse pijpen, en als familiewapen bij een linkshandige predikant.
Ook kan Petrus het idee van de schrijvende hand tijdens zijn studentenleven hebben opgepikt, waar de volgende Latijnse spreuken vaak werden gebruikt: "dextra tenet pennam, magnum tenet altera uitrum; scribimus et bibimus sic bene cedit opus", wat zoiets betekent als: De rechterhand houdt de pen en de andere een groot glas; het is noodzakelijk dat wij schrijven en drinken" en "dextra pennas tractat, altera vinis utitur et corpus lactat, scribitur et bibitur, sic bene cedit opus"